[ Pobierz całość w formacie PDF ]
.Het restaurant is opgekocht door een keten die vooral bier wil verkopen en weinig om lekker eten geeft.’‘Waarom zijn we dan hierheen gegaan?’‘Weet ik niet.Ik denk dat ik een rustig plekje zocht om na te denken en een plan te bedenken.’‘En, wat is het plan?’ vroeg ze gretig.‘Dat weet ik ook niet.Maar eerst ga ik een paar mensen bellen.’Ik zette mijn mobieltje aan en belde het autoverhuurbedrijf in Newmarket.Geen probleem, zeiden ze, hou de Mondeo maar zo lang u wilt.Ze namen mijn creditcardgegevens op en zeiden dat ik per week een rekening zou krijgen.Ook weer geregeld.Toen ik ophing, ging de telefoon meteen over.Het was mijn voicemail.‘U hebt zes nieuwe berichten,’ hoorde ik en daarna kwamen de berichten zelf.Een was van Clare Harding van de krant, die me wat laat bedankte voor het eten en de andere vijf waren allemaal van Carl.Hij moest me spreken, zei zijn blikkerige stem keer op keer, en hij klonk met elk bericht geagiteerder dat ik niet had gebeld.Ik belde hem op.Hij was opgelucht en blij dat ik eindelijk wat van me liet horen, maar ik was niet blij met wat hij me vertelde.‘Je moet terugkomen,’ zei hij dringend.‘Nu meteen.’ Sinds de zaterdag dat we elkaar hadden gesproken, was duidelijk van alles misgegaan.‘Wat is er aan de hand?’ vroeg ik bezorgd.In paniek raken was niets voor Carl.‘Ik heb Oscar moeten ontslaan.Gary betrapte hem in het kantoortje toen hij in de papieren stond te snuffelen.En er is geld uit de kleine kas weg.Oscar ontkende, maar dat was natuurlijk te verwachten.En dat is nog niet alles.Hij en Gary hebben de hele week lopen kibbelen.Afgelopen zaterdag werd het slaande ruzie.Ik dacht dat Oscar Gary een visfileermes in z’n lijf zou steken.’ Een visfileermes is een vlijmscherp, heel smal, twintig centimeter lang keukenmes.Als je zo’n mes in je krijgt, lig je kort daarop horizontaal in een koelcel.Ik was heel blij dat Oscar er niet meer was.‘Maar jij en Gary kunnen het toch wel een paar dagen samen af?’‘Als Gary er was wel.Maar die heeft verdomme de waterpokken.Hij moet van de dokter tien dagen thuisblijven.Godsamme.’‘Kun je niet dat bureau bellen dat ze een andere kok sturen?’‘Heb ik geprobeerd.Ze hebben de pest in over Oscar.Zeggen dat we hem ten onrechte hebben ontslagen.Heb je het ooit zo zout gegeten? Hij was gewoon gevaarlijk.’‘Gaat het verder eigenlijk wel goed?’‘Nee, niet echt.’ Had ik het maar niet gevraagd.‘Jean wil weten wanneer we Louisa vervangen.Ze zegt dat ze veel te hard moet werken.Ophouden of oprotten, heb ik gezegd, dus nou is bij haar ook de boot aan.’Het verbaasde me allemaal niks.Met personeel omgaan was nooit Carls sterkste punt geweest.‘Oké.Verder alles kits?’‘Nee.Jacek wil meer geld.Hij zegt dat de andere keukenhulp meer krijgt dan hij en dat dat niet eerlijk is.’ Jaceks Engels moest een stuk beter zijn geworden, dacht ik.‘Tegen hem heb ik ook ophouden of oprotten gezegd, en hij is er nog steeds, dus daar hebben we voorlopig geen last meer van.Maar wanneer kom je nou terug?’ Binnenkort.Als ik niet snel terugging, lag mijn hele restaurant op zijn gat.‘Ik bel je straks nog een keer, dan hoor je het.’‘Kom alsjeblieft terug,’ zei hij smekend.‘Ik weet niet hoe lang ik het zo nog volhoud.’ Hij klonk bijna panisch.‘Ik bel echt,’ zei ik en hing op.‘Problemen?’ vroeg Caroline, die alleen mijn kant van het gesprek had kunnen horen.‘Zonder kapitein op de brug loopt het schip op de klippen.Een van de koks is ontslagen omdat hij een andere met een mes heeft bedreigd en nu heeft die andere de waterpokken.Carl, mijn nummer twee, moet het alleen zien te rooien.’ Aan Julie, die de koude schotels deed, had je aan de kachel niet veel.‘Kan hij het alleen af?’‘Nee, niet als het restaurant meer dan halfvol zit.’‘En is dat zo?’‘Niet gevraagd.Maar ik hoop het wel.En als dat vanavond niet het geval is, dan zeker aan het eind van de week.Maar dat is nog niet alles.Carl heeft een paar collega’s tegen de haren in gestreken en ik weet precies hoe de stemming daar nu is.Iedereen zit te hopen dat ik terugkom voor de bom barst en hoe langer ik wegblijf, hoe heviger de explosie uiteindelijk wordt.’‘Dan moet je nu meteen terug.’‘Met één hand kan ik niet veel.’ Ik hield mijn verband omhoog.‘Zelfs met één hand kan Max Moreton meer dan veel mensen met twee.’Ik lachte naar haar.‘Maar is het wel veilig? Of is het precies waar iemand op aanstuurt?’‘Wie? Komarov?’‘Misschien.Of Carl.’‘Carl? Vertrouw je je rechterhand niet?’‘Ik weet niet wie ik nog kan vertrouwen,’ zei ik nadenkend, terwijl ik keek hoe een boot hakkepuffend stroomopwaarts tussen de pijlers van de brug voer, met twee melkwitte zonaanbidders op het dak van de kajuit.‘Ja, ik denk dat Carl waarschijnlijk wel te vertrouwen is.’‘Oké.Dan gaan we terug naar Newmarket en redden je restaurant.Maar we zeggen niemand dat we eraan komen, zelfs Carl niet
[ Pobierz całość w formacie PDF ]